Aggregatietoestand van een stof.
Stoffen komen voor als vaste stof, vloeistof of gas (en eventueel als plasma).
Een stof die bij kamertemperatuur en normale atmosferische stof gasvormig is, wordt een gas genoemd.
Voorbeelden: stikstof, methaan, zuurstof, waterdamp en kooldioxide zijn gassen.
Lucht is een gasmengsel.
Zie fase