Kennisdeling is de heilige graal van Ronald Frencken

Als je Ronald Frencken interviewt, dan wordt je wereldbeeld gaandeweg aangevuld met kleine stukjes kennis, maar dan wel in een speelse volgorde. Hij plaatst een hoeksteen en metselt dan de ‘eerste steen’ in de lucht (want zo gaat dat in de praktijk ook, kijk maar om je heen) om vervolgens een venster te maken waar net nog een muur stond. Tussendoor volgen nog wat beschouwingen over de manier waarop we praten en dan schiet hij weer met een lach terug naar waar het oorspronkelijk over ging. Net als in de (arbo)praktijk heeft een gesprek heel veel zijpaden, bruggetjes en hinkstapsprongen. En toch kom je waar je zijn moet. Lees het vijftigste VK-stokpaard.

Biografie
Ronald Frencken (1954) wilde na zijn middelbare school in Eindhoven verder in de genetica, maar switchte naar milieuhygiëne, een opleiding die hij in Wageningen voltooide. Dat was toen niet ‘razend nieuw’, legt Frencken uit, want de subdisciplines bestonden al veel langer. Frencken omschrijft die compartimenten als ‘iets met water’, ‘iets met bodem’ en ‘iets met lucht’. Omdat hij het meeste had met lucht, werd dat zijn afstudeerrichting. In 1982 behaalde hij zijn diploma, om met enkele mensen die ook iets hadden met lucht verder te gaan. Als we de buitenlucht al vies vonden, hoe zou het dan zitten met de binnenlucht, zo was de gedachte en de motivatie. Binnenlucht op de werkplek werd het aandachtspunt en zo werd milieuhygiëne arbeidshygiëne en Frencken arbeidshygiënist. Hij werkte voor de Arbo Unie, was een tijdlang voorzitter van de NVvA en werd in begin jaren negentig naast AH ook veiligheidskundige (MoSHE). Ter verbreding van de blik, want je kunt je wel bezighouden met de gezondheidsrisico’s van lood in soldeer, maar dan moet je ook weten hoe je voorkomt dat je je vingers brandt en waarom het met alleen tin zo beroerd soldeert. Ook al is Frencken inmiddels met pensioen, hij heeft nog steeds te weinig tijd voor zijn hobby’s – treinen en taal – want hij is bestuurslid van de NVVK en president van de Stichting PPM-Arbokennisnet.nl. ‘Maar we gaan het nu niet over mondkapjes hebben’, zegt hij onverwacht fel.


Mondkapjes of geen mondkapjes (filterende wegwerp-mondneusmaskers voor de puristen onder ons), Frencken is nog steeds een behoorlijk fanatieke beroepsuitoefenaar die graag meedenkt over actuele zaken. In de aanloop naar het interview heeft hij vast enige steekwoorden op een papiertje genoteerd. Een daarvan is ‘kennisdeling’. Frencken benadrukt dat hij géén onderwijskundige is, maar er is heel veel te oogsten als je je voor van alles openstelt. ‘Het begint met de wil.’

Wil je zaaien binnen je eigen discipline of vooral daarbuiten?
Ronald: ‘De arbodisciplines hebben afzonderlijk niet alle wijsheid en kennis in pacht. Daarom ervoer ik het al als een gemis dat we één van de kerndisciplines niet mee kregen bij de oprichting van arbokennisnet.nl. De arbeidshygiënisten, veiligheidskundigen en a&o’ers stapten aan boord, maar de bedrijfsartsen nog niet. Heel jammer. We hebben samen de kennis en het minste is toch dat je als VK weet wat de bedrijfsarts doet en als a&o’er waar de AH zich mee bezighoudt. Samen staan we sterker; we leunen op elkaar. De bedrijfsartsen hebben zich inmiddels bij Arbokennisnet aangesloten, heel recent. Het ligt nu nog bij de notaris, maar ik kan het niet laten om mijn blijdschap vast even te laten blijken.’

Maar de bedrijfsartsen zijn wel een vrij aparte groep binnen de kerndeskundigen.
Ronald: ‘Ja, en zeer diepgaand en specialistisch geschoold. Daarom is het ook zo nuttig om ze erbij te hebben. Ik ben ‘opgevoed’ in een bedrijfsartsenomgeving, in een BGD (bedrijfsgezondheidsdienst, red.), wat later is uitgegroeid tot arbodienst. Bedrijfsartsen zijn bijvoorbeeld onmisbaar als je beroepsziekten de wereld uit wilt helpen. Drieduizend slachtoffers per jaar is waanzinnig veel en er zijn veel te veel sluipende aandoeningen: je staat een trein te schuren in Tilburg en twintig jaar later krijg je ergens last van. Ik begrijp trouwens nog steeds niet hoe het kan dat er met de hand treinen worden geschuurd, zelfs niet in het kader van een of ander project, maar de gevolgen zijn verschrikkelijk. Alle vier de kerndeskundigen hebben vanuit hun eigen discipline bezwaren tegen wat daar is gebeurd en ik denk dat ze met gebundelde krachten en gedeelde kennis deze wantoestand hadden kunnen voorkomen. Dat is helaas niet gelukt, maar we moeten ze in elk geval in de toekomst voorkomen.’

Alles weten zal niemand ooit gaan lukken.
Ronald: ‘Niet individueel. Daarom moeten we gaan voor de multidisciplinaire aanpak. Je moet als individueel arboprofessional weten wat de stand der techniek is, de stand der wetenschap. En het is niet zo dat je er bent nu alle kennis op het internet staat, want alles is daar altijd heel erg waar, ook al kun je compleet tegengestelde beweringen vinden. Wat je niet bij elkaar Googelt is autoriteit; de geestelijke bagage waarmee je alles wat je leest of ziet op waarde kunt schatten. Dat maakt de persoonlijke gesprekken zo belangrijk. Ik ben blij als mensen de moeite nemen om een ander te bellen of aan te spreken, gewoon om te vragen wat ze ergens van vinden. Oordeel niet. Het is onredelijk om iemand zijn kennishiaten te verwijten of om ‘de opleider’ er de schuld van te geven dat het curriculum niet compleet is. Een geheven vingertje helpt ons namelijk niet naar een oplossing.’

Wat wel?
Ronald: ‘Op mijn briefje staan ook de termen ‘creatief’ en ‘pro-actief’. Het gaat erom dat je zelf nadenkt. Het gevaar is dat je stopt met nadenken als er zich geen oplossing aandient binnen jouw denkraam. En dat je dan terugvalt op de regels. Wat je dan hebt bereikt is dat je met de nek wordt aangekeken én niet voor vol wordt aangezien. Vooral in de crisisperioden waarin we met regelmaat terechtkomen moeten we zorgen dat we onze prioriteiten blijven bewaken en daarbij niet doorschieten.’

Heb je een voorbeeld van doorschieten?
Ronald: ‘Talloze. Je wilt niet weten hoeveel waterleidingen en sproei-installaties ik heb mogen onderzoeken na de legionella-uitbraak op de Westfriese Flora (Bovenkarspel, 1999). Met wat gerichte instructie en de focus op de risicogroepen was die preventiepaniek helemaal niet nodig geweest, iets wat ik destijds ook heb gezegd tegen al mijn klanten die hun kraantjes en leidingen lieten onderzoeken. Gezonde volwassen werknemers zullen niet snel ziek worden van een legionellablootstelling. Het komt aan op goede communicatie: ‘ik heb ernstige luchtwegklachten en ben bezig geweest aan een waterinstallatie’ is wat je bij een huis- of bedrijfsarts voorlegt. Dan kan die arts adequate antibiotica voorschrijven. Het is goed dat dode en oude afgedopte leidingen nu zijn weggehaald en dat we ze niet meer laten ontstaan, daar niet van. Dat is gewoon goed technisch beheer. En de VK die eens kijkt naar de waterleidingen mag dan best weet hebben van wat er allemaal in kan groeien en dat daar ook organismen bij zijn die je niet even mag lozen in een slootje. Heldere risicocommunicatie; dat is wat ik wil.’

Dat je niet zegt dat milieu jouw verantwoordelijkheid niet is, of dat je van biologische agentia geen verstand hebt.
Ronald: ‘Je mag best je eigen specialisme hebben; biologische agentia, machineveiligheid of gedrag, maar je moet wel heel goed aanvoelen waar je een ander moet raadplegen. Maak gebruik van de kennis om je heen. Dat doe ik ook als ik met iets elektrotechnisch bezig ben. Als ik iets niet snap dan haal ik de installatieverantwoordelijke erbij en laat ik het me uitleggen. Waarom zit daar een schakelkast, wat doet die noodstop? Daar mag je best dwingend in zijn; het is je plicht.’

Toch houdt niet iedereen zich daaraan. De praktische kennis van bijvoorbeeld de BHV’er moet afgestemd zijn op de risico’s in de RI&E, maar is dat ook zo voor de kerndeskundigen?
Ronald: ‘Was dat maar waar. Zie het rapport van ISZW over de kwaliteit van de RI&E’s (zie Zorgelijke uitkomst onderzoek Toets de toetser aan toetsing RI&E). Recent verschenen op basis van gegevens van twee jaar geleden en mijns inziens nog zeer actueel. De kwaliteit is mede onder de maat omdat er getoetst wordt door HVK’s die niet aangeven op wat voor gronden ze toetsingen afronden of door bedrijfsartsen die bepaalde technische zaken niet doorgronden. De wet staat het toe. Ook wordt er teveel ‘op afstand’ getoetst, zonder bedrijfsbezoek. Iemand die een heel goede kennis heeft van gevaarlijke stoffen is niet per se de beste deskundige om een RI&E van een locatie van de GGZ te toetsen. Ik bedoel maar. Het zou fijn zijn als er wat invulling aan wordt gegeven.’

Zou je willen dat er een strakkere overheidsregie op wordt gezet?
Ronald: ‘Zoals in België? Ik ben een geweldig fan van België. Zeker waar het het landschap aangaat. De wettelijke kaders zijn er veel strakker dan bij ons. De patroon (werkgever) wordt er sterker gerespecteerd dan bij ons. Richtlijnen en regels worden beter nageleefd, wat ook iets zegt over de volksaard. Er zijn zeker zaken waar we van kunnen leren: de taken van de preventiemedewerker (= VK) en de bedrijfsgeneesheer zijn in België duidelijk gedefinieerd. Wij zijn veel vrijblijvender met onze doelvoorschriften, met verantwoordelijkheden en de mate waarin we preventie en beheersing aan de markt overlaten. Tegelijk brengen strakke definities en regels het risico met zich mee dat je iets mist omdat het niet is omschreven; omdat zoiets als COVID-19 niet in het staatsblad wordt genoemd. Onze zo gekoesterde vrijblijvendheid maakt dat we onze creativiteit en pro-activiteit niet alleen mógen, maar ook móeten aanwenden.’

Als stokpaardruiter mag je ons voorzien van tips. Maak ons blij!
Ronald: ‘Ga niet achter je bureau zitten met het comfortabele gevoel dat je bent opgeleid. Op gegeven moment is het namelijk twintig jaar gelden dat je bent opgeleid, en dan zal een keer blijken dat de wereld zaken heeft voortgebracht die jij niet doorgrondt. Dat een bedrijf dingen is gaan doen waar het nauwelijks voor is toegerust. Voorbeeld? Zonnepanelen. Ineens hadden we een heel nieuwe risicobron; een spanningsbron die je niet uit kunt zetten, want zolang de fotovoltaïsche cellen in serie geschakeld staan en er licht op valt zal die spanning er zijn. Het vergt een levendige en creatieve geest om te bedenken dat je daar in het donker geen last van hebt en om vanuit die gedachte een risico te beheersen. De brandweer heeft tegenwoordig middelen om panelen af te dekken of zwart te spuiten.’

Heb je nog andere steekwoorden op je briefje?
Ronald: ‘Jawel. ‘Taal’. Daar heb ik ook iets mee. Ik omring me met woordenboeken in de ijdele hoop ze niet meer nodig te hebben. Taal is meteen een persoonlijk stokpaard dat van de week helemaal uit de teugels kwam bij de presentatie van een plaatje dat als bijlage diende bij de NEN3140. De dame die het toonde had in een schematische tekening van een fabrieksinstallatie met vier kleuren aangegeven wie er voor welk onderdeel verantwoordelijk was: de installateur voor de wandcontactdozen, de installatieverantwoordelijke voor bepaalde schakelkasten, de machinebouwer voor de machines. Zeer verhelderend, en nagenoeg zonder tekst. Zó moeten we het hebben, want niemand zit te wachten op weer veertig pagina’s dor proza. Mag ik nog even door over taal?’

Ja hoor, laat je rustig gaan.
Ronald: ‘Nou ik ben de laatste tijd weer erg bezig met visuele verwerkingsfuncties. Er zijn branches of werkomgevingen waar men dól is op geschreven tekst. Ik ben ooit twee jaar gedetacheerd geweest in de farmacie. Daar is het gebruik om vanuit de behoefte om de kwaliteit te beheersen álles in geschreven procedures en protocollen te vatten, waardoor iedereen zich suf leest. Niet alleen voor alles wat nodig is, maar ook voor alles wat je ooit nodig zou kúnnen hebben en taken die je mogelijk ooit zou moeten uitvoeren. Eerst ben je verplicht de handboeken en protocollen door te lezen. In het Engels, en liefst al voordat je de portier bent gepasseerd. Ik heb wat van die ballast uit mogen dunnen. Het bleek mogelijk met een paar simpele afbeeldingen en weinig tekst hele boekwerken over veiligheid, gezondheid en kwaliteit te vervangen. Een verademing, zo vond iedereen. Handel daar dan naar! Breek eens met je ingesleten gewoonten. En lees eens een woordenboek, want ook daar word je creatief van.’
Home
Cookies zijn essentieel voor een goede werking van deveiligheidskundige.nl. Door op oké te klikken geeft u toestemming voor het gebruik van cookies op deze website.