Asscher: verjaringstermijn bij overtredingen met gevaarlijke stoffen verlengen

De Inspectie SZW moet ook bedrijven gaan bestraffen die in het verleden de regels hebben overtreden bij het werken met gevaarlijke stoffen. Het is nodig de huidige verjaringstermijn van vijf jaar te verlengen, vindt minister Lodewijk Asscher (Sociale Zaken en Werkgelegenheid).

Asscher schrijft in een brief aan de Tweede Kamer dat gezondheidsklachten bij werknemers soms pas na tientallen jaren ontstaan. De minister wil daarom ook een team specialisten instellen dat bij bedrijven gaat controleren of zij hun personeel voldoende beschermen tegen gevaarlijke stoffen. Verder moeten werknemers beter worden geïnformeerd over de risico's.

Met de maatregelen trekt het kabinet lessen uit een woensdag verschenen onderzoek naar de werkomstandigheden bij chemiebedrijf Chemours (DuPont) in Dordrecht. (Oud-)werknemers van het chemiebedrijf stellen dat zij hebben blootgestaan aan onder meer kankerverwekkende stoffen.

Onderzoek DuPont
De Inspectie SZW bekeek de regels en maatregelen de afgelopen 45 jaar bij het bedrijf dat voorheen DuPont heette. Omdat de wet- en regelgeving toen anders was, is het onderzoek niet bedoeld om een oordeel te vellen over het handelen van het concern in het verleden, maar om er wat van te leren, benadrukt het ministerie.

Uit dat onderzoek bleek dat de Arbeidsinspectie decennialang niet of nauwelijks heeft gecontroleerd bij DuPont (lees ook: ISZW keek niet om naar gevaarlijke stoffen bij Dupont). Er was wel contact met het bedrijf maar dat ging voornamelijk over het voorkomen van ongevallen.

Sinds 2011 is er sprake van structurele aandacht voor de gevolgen van blootstelling aan de gevaarlijke stoffen C8 en DMAC bij het concern dat vijftig jaar eerder al begonnen was met het werken met de stoffen. In de jaren zeventig waren er al signalen dat de stoffen ernstige gevolgen konden hebben. Zo was destijds al duidelijk dat DMAC schade kan toebrengen aan het ongeboren kind.

Eigen gebruik
Het onderzoeksrapport stelt dat DuPont al die informatie in huis had maar dit intern hield. Het bedrijf deed veel onderzoek naar de gevaren van de stoffen en hield de blootstelling van het personeel nauwkeurig in de gaten. Die kennis was echter vooral voor eigen gebruik en werd niet of pas veel later openbaar gemaakt. Het bedrijf stelde zelf limieten op voor de maximale blootstelling, op basis van wat de interne specialisten verantwoord vonden.

DuPont werkte vanaf de jaren zestig met de stoffen C8 (ofwel PFOA) en DMAC, voor de productie van teflon en lycra. Inmiddels staat vast dat blootstelling aan beide stoffen allerlei schadelijke effecten op de gezondheid kunnen hebben.

Zo zou C8 kankerverwekkend zijn. Onderzoeken laten een verband zien tussen C8 en onder meer hoge cholesterol, darm- en schildklierontsteking en nier- en zaadbalkanker.

Illegale lozingen
DuPont/Chemours kwam herhaaldelijk in het nieuws door luchtvervuiling en, ook onlangs nog, illegale lozingen in de rivier Merwede (lees ook: DuPont loosde hoge concentraties C8 in rivieren, toch niet schadelijk voor de gezondheid). De overheid sluit niet uit dat de gezondheid van omwonenden kan zijn aangetast.

Lees het complete Dossier Dupont en Dossier PFOA

Bronnen: Rijksoverheid, NU.nl en AD

Home
Cookies zijn essentieel voor een goede werking van deveiligheidskundige.nl. Door op oké te klikken geeft u toestemming voor het gebruik van cookies op deze website.