MRI

(Eng. geneeskunde, techniek)

Magnetic Resonance Imaging.
 In de medische diagnostiek en wetenschap populaire beeldvormingstechniek waarmee in het lichaam gekeken kan worden, net als de CT- PET- en CAT-scans, maar dan zonder gebruik van ioniserende straling.

MRI-scanners zijn grote apparaten die levende weefsels inwendig in kaart kunnen brengen door het lokaliseren van de waterstofkernen (protonen) die in trilling worden gebracht in een zeer sterk statisch magneetveld. De 2D-beelden (‘plakjes’) of tomografieën die gemaakt worden van het lichaam kunnen door een computer tot 3D-beelden worden samengesteld en van kunstmatige contrasten of kleuren worden voorzien.

Het magneetveld wordt opgewekt door een of meer enorme spoelen, waarvan de stroom voerende windingen zeer sterk zijn afgekoeld met vloeibaar helium en/of vloeibare stikstof.

Veiligheidsaspecten:

Het extreem sterke magneetveld (tot 7 Tesla) in en om de supergeleidende spoel maakt dat alle metalen (en vooral ferromagnetische) uit de buurt gehouden moeten worden. Eenmaal vastgekleefd aan de MRI is verwijderen bijna onmogelijk, en ‘uitzetten’ van de supermagneet is een urenlange en kostbare procedure. Dus: géén metalen meubilair, gereedschap, sleutels, sieraden, piercings, implantaten, horloges, camera’s, pacemakers of hoorapparaten.

Naast het statische magnetische veld wordt een hoogfrequent EM-veld gegenereerd voor de kernspinresonantie. Ook dat kan schadelijk zijn.

Zie ook NMR

Home
Cookies zijn essentieel voor een goede werking van deveiligheidskundige.nl. Door op oké te klikken geeft u toestemming voor het gebruik van cookies op deze website.