Brandstadium waarbij de brandstof grotendeels is verbruikt, waardoor de verbranding langzamer en zonder vlammen verloopt.
Bij klasse A-branden doorgaans het laatste stadium, waarbij er door de restwarmte de kans bestaat dat de brand opnieuw oplaait, vooral door beroering van de (deels verkoolde) resten en de toevoer van extra zuurstof uit de omgevingslucht.