Column Flip: SMART tenderen in plaats van Olympische virusbestrijding

Gelukkig heb ik de Paralympische Spelen vanuit mijn elektrische seniorenstoel thuis mogen aanschouwen. Men had mijn hulp op (de bloedverziekend warme) locatie niet meer nodig. Scheurwater en Gortworst zaten net zo min te wachten op mijn veiligheidskundige interventies. Op mijn beurt betreurde ik het niet om de hitte, het vocht en de coronabeperkingen in te ruilen tegen mijn seniorenstoel in televisiestand.

Tijdens de Paralympische Spelen heb ik me kunnen verbazen over hoe het allemaal nóg erger kan dan bij het ‘normale’ sporten. Paralympiërs worden namelijk niet alleen gehinderd door verzonnen beperkingen (de spelregels), maar tevens door hun zelf verworven of aangeboren uitdagingen. U begrijpt, als ik het handicaps noem moet ik zonder sokken naar bed, maar ik voel een sterke aandrang.
Toen ik geboren werd, werden heel kleine mensen zonder blikken of blozen dwergen genoemd. Of lilliputters. Het werpen met dwergen was destijds nog niet im Schwung, een achterstand die later is ingehaald, in elk geval tot overheden of pro-mensenrechtengenootschappen er lucht van kregen. Mensen met een substandaardverstand heetten (een beetje) achterlijk, debiel, imbeciel of (volslagen) idioot, aldus ongeveer in volgorde van oplopende ernst. Of ‘niet zo snugger, maar wel een goeie jongen/lieve meid’, voor wie het vriendelijk wilde zeggen. Of die twee eigenschappen elkaar zouden uitsluiten. Op onze werkvloeren overheerst de ongepolijste taal, terwijl de sportcommentatoren zich bij de Paralympische competitie uitputten in het omzeilen van termen die door betrokkenen en Tante Ans als kwetsend zouden kunnen worden ervaren. Een uitglijder is namelijk zó gemaakt. Daar weet ik helaas meer van dan me lief is.

Flip staat opIn de Paralympische Spelen zie ik, solidair vanuit mijn geweldige opsta-stoel, parallellen met de werkvloeren bij Scheurwater & Gortworst, waarheen ik in arren moede ben teruggekeerd. Participatie wordt er warm aanbevolen voor iedereen met een handicap. Hoe groter en zichtbaarder de handicap, hoe liever (want hoe intenser het kijkgenot respectievelijk hoe ruimhartiger de overheidssubsidie). Bij Paralympische competitie geldt een classificatiesysteem dat weliswaar kritiek oogst, maar dat bij onze overheden respect afdwingt. Alleen letselschadeverzekeraars kunnen het nog fijnzinniger, vooral bij de calculaties rond hun vergoedingen bij afgerukte, verbrande of opgeloste ledematen: daar kan immers de duimstok tot op de millimeter worden afgelezen. Er gaan stemmen op om ook Paralympiërs langs nauwkeurigere duimstokken te leggen dan nu het geval is. Ik vrees dat dat tot zoveel categorieën gaat leiden dat elke deelnemer met prijs naar huis mag. Behalve de twee Afghanen, maar die hadden al gewonnen toen ze het Olympisch Dorp bereikten.

Veiligheidskundigen en bedrijfsartsen kunnen – net als verzekeraars bij hun vergoedingen – traploos analoog calculeren bij de vaststelling van de arbeidsinzetmogelijkheden. Bij lichamelijk minder complete Paralympiërs moet het toch nét iets anders. Daar regeert de classificatiedraak, want met iedereen in een eigen klasse is competitie immers onmogelijk. Dat zou leiden tot een systeem als dat van de Belastingdienst, dat inmiddels ook het failliet voorbij is. De calculerende Paralympiër streeft er dus naar de beste te zijn in zijn (of haar, want dat onderscheid is er óók nog, in afwachting van verdere LHBTIQ-verfijning) klasse, waardoor het de moeite loont om de arm- of beenstomp bij meting nog iets in te trekken, bij de hoortest nét wat slechter te horen en de geestelijke verlamming wat aan te zetten. Een beetje kwijl erbij en je scoort zo een klasse minder. Net zoals mijn werknemers plegen te doen in hun gesprekken met bedrijfsdokter Pekerjaan en ik héél lang geleden bij mijn keuring voor de militaire dienstplicht, waar ik tot mijn grote genoegen voor het leven werd afgekeurd: ‘voorgoed ongeschikt’, zo heette het. Het leger had dan wel het ABOHZIS-classificatiesysteem, maar dat was louter bedoeld ter uitsluiting van zwakkelingen, gestoorden en homoseksuelen, niet ter borging van een eerlijke competitie. Dat is namelijk een onder militairen wezensvreemd model.

NOC*NSF kent zijn pappenheimers: degene die het classificatiepanel moedwillig misleidt belandt vanzelf in de klasse IM (Intentional Misrepresentation), die uiteraard wordt uitgesloten van deelname. En als je het panel twee keer misleidt mag je je de rest van je leven elders nuttig gaan maken. Bijvoorbeeld op de werkvloeren van Scheurwater & Gortworst, waar misleiding in brede kring tot sport is verheven. Dat is nog minder eervol dan gewoon met S5 te worden heengezonden. 

Het bleek nogal een gedoe om vanuit Tokio weer op Schiphol en vervolgens thuis te geraken. Wie niet per QR-code (niet de Europese!) of geel boekje kon bewijzen te zijn ingeënt, moest met pdf’jes op schermpjes of op indrukwekkend ogend papier kunnen aantonen maximaal 48 uur tevoren een test te hebben afgelegd. Van het juiste type en bij de juiste, erkende instantie en – uiteraard – met negatieve uitslag. Een verre van waterdicht systeem, want met een beetje pdf-editor kan elk negatiefdocument onzichtbaar worden aangepast aan de wensen, desnoods in de rij op de luchthaven. ‘Saliva’ wordt ‘nasopharyngeal’, ‘July’ wordt ‘August’. Ten behoeve van de gemoedsrust kun je dat beter vóór vertrek op de werkplek of in je hotel regelen. Daar valt eventueel ook iets te printen. Uiteraard houd ik mij verre van dergelijke praktijken. Stel je voor. Als we gaan rommelen met certificaten staat ons land zó onder water (of onder een laag zware metalen die in de documenten ‘mest’ of ‘organische bodemverbeteraar’ heetten). Maar helaas was ik als Covid Liaison Officer wél degene die voortdurend met een scheef oog werd aangekeken door de Japanse handhavers, juist nu die wat vertrouwd begonnen te geraken met onze geneigdheid tot malversaties voor het goede doel. In de verte blikkerden wat gouden tanden van de Italiaanse delegatie, die ons zopas was voorgegaan.

Gelukkig ben ik niet op de wereld om mijn medemens te plezieren. Als dat je roeping is dan moet je geen veiligheidskundige worden maar Sinterklaas. Of, als je graag het hele jaar doorwerkt in plaats van alleen begin december, belastingconsulent. Aan de sinterklaasrol kleven inmiddels nog enkele andere bezwaren. Dat je met cadeautjes strooit is prima, maar dat rechtvaardigt geen koloniale houding tegenover ondergeschikten van kleur. Argumenten in de trant van gebalanceerde arbeidsparticipatie raken ook niet de juiste snaar. Belastingconsulent dus, en er zijn net horden behoorlijk geschoolde dienaren van Zijne Majesteits Belastingdienst tot dat inzicht gekomen. Met hun afscheidspremie en pensioenaanvulling op zak hebben zij zich – bij gebrek aan toegankelijke pensionado-residenties – in groten getale geworpen op de fiscale ondersteuning van ongeletterden, digibeten, dyscalculiepatiënten en gewone luie donders zoals ik. Onze dank is grenzeloos.

‘Pling’ doet mijn telefoon. Vijf over elf. Het eerste dagelijkse mailbericht van het ondoorgrondelijke Infection CONtrol, een systeem van de Japanse overheid, dat nog immer meldt dat ‘iemand hullies gezondheidsinformatie niet heeft doorgegeven’. ‘Hullies’ is mijn vertaling van het genderneutrale meervoud ‘their’ in de letterlijke tekst van Tokyo2020 ICON: ‘Someone has not entered their health information’. Wie die ‘someone’ is schijnt het systeem niet te kunnen melden, anders had ik direct korte metten gemaakt met de betreffende hullie, ongeacht geaardheid. Van mij werd door de Japanse overheid verwacht onverwijld actie te ondernemen om het hiaat in de heilige administratie van ICON in te vullen. Te weten:
  1. het geheel zelfstandig opsporen van de hullie die in gebreke bleef;
  2. het achterhalen van de ontbrekende gezondheidsinformatie van de betreffende minkukel;
  3. het alsnog (doen) invoeren van diens informatie in
    c1. OCHA; één van de verplichte apps op de slimme telefoon van de incompetente belanghebbende of in
    c2. ICON, de overkoepelende online database die het Virus in bedwang diende te houden zolang de Spelen voortraasden.
  4. ten slotte het afdoende instrueren van het individu dat in gebreke was gebleven, hullies telefoon had zoekgemaakt, in het toilet had laten vallen bij het fotograferen van de barcode op de het speekselmonster, de databundel had verbruikt of in slaap was gevallen bij het invullen van de checklist.
Ik heb me gedurende bijna vijf weken kranig van deze plicht gekweten, tot behoud van de volksgezondheid in Japan en (nadrukkelijk) om de operatie van mijn opdrachtgever veilig te stellen. Maar nu ben ik er wel klaar mee. ICON is met de beste bedoelingen en met het pandemisch vuur aan de schenen opgericht door Japanse bureaucraten met als doel het voorkómen van de vijfde golf (in Japan geldt elk dozijn besmettingen als golf) als gevolg van de Spelen. Dat is niet gelukt: ga direct door naar de gevangenis, ga niet langs start, u ontvangt géén fl. 200,-. Maar stop wel met het sturen van mailberichten aan hen die het land reeds lang hebben verlaten.

Nu ja, de Japanners hebben het niet makkelijk op hun eilandjes te midden van het Covid-golfslagbad. De Spelen zijn klaar; zand erover. Pas op voor vaccins met zwarte en roze vlekjes, maar gooi niet meteen miljoenen doses in zee, ook al zit ik inmiddels op veilige afstand. Het zijn namelijk latexkruimels van het rubberdopje, niet bedoeld voor injectie maar ook niet direct dodelijk.
Gisteren ben ik begonnen aan een nieuwe opdracht, want Scheurwater & Gortworst moet ook door. De lasserij sterft van het werk en schreeuwt om taakrisico-analyses en veiligheidsgedragobservatierondes, maar Gortworst, onze muizige econometrist annex broodheer, ziet nieuwe kansen om gouden bergen binnen te harken. Normaliter zou ik zeggen ‘Prima Felix, doe je best!’, maar sinds mijn onfortuinlijke functieherwaardering ben ik gedwongen alles op te pakken wat mij voor de voeten wordt geworpen.

Gortworst heeft namelijk een overheidsdienst aan zijn ranzige haak. Ze moeten iets van ons; er is werk te doen. En omdat overheidsprojecten altijd minstens drie maal duurder worden dan voorzien en facturen desondanks zonder morren worden voldaan, ruikt Gortworst kansen. De vervanging van een putdeksel of het smeren van de scharnieren van de openbare bibliotheek gaan gepaard met zóveel administratie en certificatie dat het al gauw een Europese aanbesteding wordt. En dat is waar Gortworst me bij nodig heeft.

Zelf fietst hij zijn tenderdocumentje SMART in elkaar, verkoopt Best Value alsof we niet anders doen (men moest eens weten) en vermorzelt hij de uitvragende inkopers met zijn uitgekiende specifieke, meetbare, acceptabele, realistische en tijdgebonden formuleringen. Hij presteert het om helder en kort te beschrijven wat de risico’s zijn voor de eigenaar van het putdeksel of de te smeren scharnierpen en op welk punt wij van Scheurwater & Gortworst of een der werkmaatschappijen de klant ontzorgen. Gelukkig wel zonder dat woord te gebruiken. Men kan niet om Scheurwater & Gortworst heen, al zou men willen. Waar Gortworst mij nodig heeft is bij het wegen van de werkelijke risico’s, namelijk niet de financiële, maar die op het gebied van de veiligheid. Dat een putdeksel tijdens het openen open staat en er iets ongewensts vrijkomt. Of dat er iets gewensts in valt. Of dat een scharnierpen bezwijkt of er door een onverlaat wordt uitgedreven bij een inbraakpoging, met onverkwikkelijke gevolgen bij het openen van de deuren van de bieb.

Want Gortworst loslaten op een overheidsinkoper, daar komen ongelukken van. Paralympiër word je liever niet doordat een econometrist toevallig heel gewiekste aanbiedingen weet te doen. Je wordt het uit eigen overtuiging. Eigenlijk net als veiligheidskundige.

KlankschaalKijk eens aan wat ik alweer voor fijne mailberichten vind van Marije van de OR. Een fijne link naar SchijfforLife.nl omdat ik als interim-milieuconifeer kennelijk weet moet hebben van de heilzame invloed van peulvruchten-, sojazuivel- en zeewierconsumptie op ons milieu. Ik zal haar straks, op mijn route van het donderdagse frituurfeest in de kantine naar onze rookgelegenheid in de fietsenhokruïne een flitsbezoek brengen. Meld ik meteen dat haar klankschalen uit de verbandtrommel zo’n formidabele bijdrage leveren aan ons milieu. Als asbak. Ik voel de energie weer stromen.
Home
Cookies zijn essentieel voor een goede werking van deveiligheidskundige.nl. Door op oké te klikken geeft u toestemming voor het gebruik van cookies op deze website.